Dit is een titel en kan je ook rechtstreeks aanpassen (gewoon hier klikken, en typen).

Schriftuitleg van Eerste Kerstdag 25 december 2022.

Inleiding:  

Elke zondag zal ik proberen de schriftlezingen uit de Rooms Katholieke Kerk van die dag uit te leggen op de wijze waarop ik ze begrepen heb. Dit is niet bedoeld als preek, of zoals het tegenwoordig genoemd wordt een homilie, maar enkel als uitleg. Van geen enkele Kerk heb ik toestemming gekregen om te preken, daarom mag mijn Schriftuitlegging ook geen preek genoemd worden. Maar toch meen ik de vrijheid te hebben om mijn begrijpen van de schrifttekst wereldkundig te maken. Natuurlijk hoeft u het niet eens te zijn met mijn uitleg. Elk mens is uniek. Zoals het licht de verschillende vormen ook verschillend terugkaatst, zo begrijpt elk mens de Schrift op een andere wijze, heeft een ander bevattingsvermogen. U begrijpt de Schrift misschien wel beter, of minder goed dan ik. Wat ik opschrijf is mijn eigen begrijpen. U mag er uw voordeel mee doen, of u eraan ergeren (liever niet, is slecht voor uw hart), of een totaal verschillende mening hebben. Begrijp mijn schrijven zoals het u behaagt.

Schriftteksten: 

Lezing Jesaja 52, 7-10

Hoe lieflijk op de bergen de voeten van de vreugdebode, die vrede meldt, goed nieuws verkondigt, die heil komt melden, die zegt tot Sion: Uw God regeert! Hoort! Uw torenwachters verheffen hun stem, zij jubelen tegelijk, want zij zien oog in oog de terugkeer van de Heer naar Sion. Barst los in jubel, allen samen, puinen van Jeruzalem, want de Heer heeft zijn volk getroost; Hij heeft Jeruzalem verlost. De Heer heeft zijn heilige arm ontbloot voor de ogen van alle volkeren; en alle grenzen der aarde hebben het heil van onze God aanschouwd. 

Lezing Hebreeën 1, 1-6

Broeders en zusters, nadat God eertijds vele malen en op velerlei wijzen tot onze vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij nu, op het einde der tijden, tot ons ge­sproken door de Zoon, die Hij erfgenaam gemaakt heeft van al wat bestaat en door wie Hij het heelal heeft gescha­pen. Hij is de afstraling van Gods heerlijkheid en het evenbeeld van Zijn wezen. Hij houdt alles in stand door zijn machtig Woord. En na de reiniging der zonden te hebben voltrokken, heeft Hij zich neergezet ter rechterzijde van de majesteit in den hoge, ver verheven boven de engelen, zo­als Hij hen ook overtreft in de waardigheid die zijn deel is geworden. Heeft God ooit tot een engel gezegd: ‘Gij zijt mijn Zoon; Ik heb U heden verwekt?’ of: ‘Ik zal een Vader voor Hem zijn en Hij zal mijn Zoon zijn?’. Wanneer Hij evenwel de Eerstgeborene opnieuw de wereld binnenleidt, zegt Hij: ‘Alle engelen Gods moeten Hem hulde brengen’.

Evangelie Johannes 1, 1-18

In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alles is door Hem geworden en zonder Hem is niets geworden van wat geworden is. In Hem was leven en dat leven was het licht der mensen. En het licht schijnt in de duisternis, maar de duisternis nam het niet aan. Er trad een mens op, een gezondene van God; zijn naam was Johannes. Deze kwam tot getuigenis, om te getuigen van liet Licht, opdat allen door hem tot geloof zouden komen. Niet hij was het Licht, maar hij moest getuigen van het Licht. Het ware Licht dat iedere mens verlicht kwam in de wereld. Hij was in de wereld; de wereld was door Hem geworden en toch erkende de wereld Hem niet. Hij kwam in het zijne, maar de zijnen aanvaardden Hem niet. Aan allen echter die Hem wel aanvaardden, aan hen die in zijn naam geloven, gaf Hij het vermogen kinderen van God te worden. Zij zijn niet uit bloed noch uit begeerte van het vlees of de wil van een man, maar uit God geboren. Het Woord is vlees gewor­den en heeft onder ons gewoond. Wij hebben zijn heerlijk­heid aanschouwd, zulk een heerlijkheid als de Eniggeborene van de Vader ontvangt, vol genade en waar­heid. Wij hebben Johannes’ getuigenis over Hem toen hij uitriep: ‘Deze was het van wie ik zei: Hij die achter mij komt is vóór mij, want Hij was eerder dan ik’. Van zijn vol­heid hebben wij allen ontvangen; genade op genade. Werd de Wet door Mozes gegeven, de genade en de waarheid kwamen door Jezus Christus. Niemand heeft ooit God ge­zien; de Eniggeboren God die in de schoot van de Vader is, Hij heeft Hem doen kennen. 

Uitleg: 

Het thema van deze eerste Kerstdag is: ‘Het Woord heeft onder ons gewoond’. Het Woord van God heeft onder ons gewoond, want Hij is Mens geworden. En Wie is het Woord van God? Dat is de Wijsheid van God, de Zoon in de heilige Drie-eenheid. Want de Vader in God is Gods Liefde, de Zoon van God is Gods Wijsheid en de heilige Geest is Gods Wil. De Zoon van God, Gods Wijsheid is Mens geworden in onze Heer Jezus Christus. Maar, omdat de Geest van God, evenmin als onze eigen inwonende geest, gesplitst kan worden, woont in Jezus Christus de volheid van God, dus zowel de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Vandaar dat Jezus Christus volledig God was en is. Want niet alleen nu, maar ook toen Jezus Christus op Aarde woonde was Hij volledig God. De enige en ware God, er is geen andere God dan Hij alleen! Jezus Christus was, toen Hij op Aarde woonde, zowel Mens als God. Vandaar dat Johannes in zijn evangelie alleen het Woord liet vlees worden, want op Aarde was de Wijsheid van God, ter wille van ons mensen, meer prominent op de voorgrond, dan de andere eigenschappen van God. Immers Jezus Christus verkondigde Zijn Leer zonder ons te dwingen deze te aanvaarden, dus met de kracht van Gods Woord. Daarnaast deed Hij vele wonderen, die gedeeltelijk zijn opgetekend in de evangeliën. Zijn boodschap van liefde werd niet alleen ondersteund door Zijn Wijsheid, maar ook door Zijn Wil. Om de mensen van alle tijden te overtuigen dat Hij werkelijk God is, moest Hij Zijn Leer gepaard laten gaan met de bewijzen dat Hij God is, vandaar de vele wonderen. Niet alles hoefde in de openbaarheid  te komen, vandaar dat vele wonderen – nodig voor de mensen van die tijd – niet in de Bijbel hoefden vermeldt te worden. Maar die wel vermeld werden waren al spectaculair genoeg; genezing van mensen, opwekking van doden, die Zijn Godheid onderstreepte. De Tempelheren waren zeer boos toen Hij Lazarus, die al aan het ontbinden was, uit zijn graf riep. Dat deze Tempelheren God niet diende, maar Satan, bleek uit hun moordplannen na deze opwekking. Want zelfs een blinde en dove kan begrijpen dat een aan ontbinding overgeleverd lijk, alleen door God weer levend kan worden; dat deze Tempelheren dan moorplannen koesterden, omdat zij hun egoïsme volgden, in plaats van Gods Leer en Geboden, is duivels. Evenals nu een gedeelte van de christelijke Kerkleiding heidens is geworden, was dat ook al in die tijd. Gods respect voor de vrije wil van ons mensen is zo groot, dat God toestond dat zij zich aan Gods Zoon vergrepen, maar God boog deze misdaad wel om tot heil van ons mensen. Daarom is het christelijk geloof, ondanks de veel voorkomende misbruik van christelijke leiders, een betrouwbare gids geweest voor talloze mensen, die dankzij hun geloof in de ene ware en levende God, konden uitgroeien tot Zijn kinderen. En, ondanks de verdrukking waar wij heden in leven en de haat en afwijzing van God, worden nog steeds mensen kinderen van God, doordat zij de Leer en Geboden van God tot hun leidraad in het leven nemen, dus volgens deze Leer en Geboden leven. Deze gelovigen in Gods Woord zijn dus de doeners, de uitvoerders van Gods Woord in de wereld. Zij hebben, door de eeuwen heen de christelijke beschaving opgebouwd, waar wij mensen nu, in onze heidense tijden, nog steeds de vruchten van plukken. Want in de zo hoog beschreven beschavingen van vóór de christelijke leer, waren er geen weeshuizen, bejaarden voorzieningen en instituten voor arme mensen, die in de knel waren gekomen. Er waren zelfs geen ziekenhuizen – misschien alleen in de streken waar joden woonde, maar niet onder de heidenen. Er was wel slavernij, onderdrukking en moord op mensen – ook voor het vermaak van andere mensen – genoeg, maar werken van barmhartigheid en naastenliefde ontbraken. En nu weer, in het Nederland in deze heidense tijd, kon niet alles worden afgebroken, maar ziekenhuizen zijn tot een minimum beperkt, bejaardenhuizen afgeschaft en het aantal verpleeghuizen op het allerlaagste punt gekomen, terwijl de belastingen zeer hoog zijn geworden, de dwangmaatregelen van wat wij mensen nog mogen doen erg zijn uitgebreid en nog groeiende in hun beperkingen van de vrijheid, de scholen – vroeger een voorbeeld voor de rest van de wereld – leveren nu steeds meer halve analfabeten af en het verschil tussen rijk en arm is schrijnend groot geworden. Kortom, ook Nederland is weer heidens geworden, met een stiekeme onderdrukking van de christenen – die mensen die Christus als hun Herder zien, niet allen die zich wel christen noemen, maar het niet meer zijn. Het goede nieuws is dat deze zogenaamde ‘beschaving’ waarin wij heden leven, op zijn eind loopt. Zoals vroegere ‘beschavingen’, die God weerstreefden, zijn allen tot een eind gekomen, komt ook deze tijd van onderdrukking en willekeur snel tot een einde, ik denk nog in dit decennium. Want God heeft weer profeten ingeschakeld om ons vrede en goed nieuws te melden; de Heer God in Jezus Christus komt weer terug op Aarde! Maar eerst zullen de huidige heidense machthebbers – onder welke naam dan ook – zich ofwel moeten bekeren, ofwel van de Aarde worden weggenomen. Wij leven nu in de Eindtijd, beschreven in vele profetieën, waaronder de Apocalyps. Want weer heeft de Heer Zijn heilige Arm ontbloot voor de ogen van alle volkeren. God geeft ons, binnenkort, allen de waarschuwing hoe wij er in Gods ogen voorstaan, wie luistert en tot bekering komt, is gered voor de eeuwigheid. Wie Satan blijft volgen in zonden, die mag bij Satan in de hel gaan wonen, maar wel ten gevolge van zijn eigen keuzes in het leven. Waar zijn staat moet u ook haar lezen, lees dit naar uw eigen geslacht. Bedenk dat God ons altijd door de profeten heeft geleerd, vroeger en in het heden. Maar God heeft Zich ook in het vlees gehuld in Jezus Christus, de Zoon van God als Mens. En God heeft aan alle engelen het bevel gegeven om Hem, Jezus Christus, hulde te brengen, want Hij is God! En wij, mensen van onze tijd, trots op onze wetenschap, ontkennen zelfs dat Jezus Christus op Aarde heeft geleefd als mens, ondanks alle bewijzen dat Hij dit wel gedaan heeft. Welke geestelijke duisternis kan nog groter zijn? Nee, in waarheid is het Woord van God, Gods Zoon, vlees geworden en Hij is God! En wij mensen leven heden in zo’n grote duisternis, dat wij zelfs Zijn menselijk bestaan ontkennen? Zelfs in de hel weten de duivels Wie God in Jezus Christus is. Wij mensen op Aarde – geschapen naar Gods beeld en gelijkenis en geroepen om allemaal, uit vrije wil, kinderen van God te worden en te zijn – ontkennen zelfs Zijn menselijk bestaan en weigeren om Hem als onze Heer en God te erkennen. Is dan niet onze geestelijke duisternis op Aarde dieper van de duisternis in de hel? Geen wonder dat Jezus Christus in onze tijd moet wederkomen! En niemand kan tegen God op, ook niet de koning van de hel; Satan. Wij mensen krijgen nog de gelegenheid om ons te bekeren, wie dat doet is gered voor het eeuwige leven. Die komt, na dit leven op Aarde, in een hemel. Wellicht ook in de woning van onze Vader, God in Jezus Christus, het hemelse Jeruzalem. Laten wij daarom vanaf heden leven als daadwerkelijke christenen en ervoor bidden dat wij elkaar daar allemaal mogen aantreffen. 

Amen. 

Cor Huizer.









© Cor Huizer 2023
Ontwerp en hosting Maartens automatisering